Enkele planten waar je mee uit moet kijken:

Wanneer je op de naam van de plant klikt zie je een plaatje hoe de plant eruit ziet.

De Pseudo-Acacia is een boom die in het voorjaar uitbundig bloeit met roze bloempjes. De boom staat vooral in parken en wordt gebruikt als straatbeplanting. De bast van de Pseudo-Acacia bevat een aantal gifstoffen. In de herfst is het gifgehalte in de bast het hoogst.

Een paar beukennootjes kunnen geen kwaad, maar een kilo kan problemen opleveren.

Vooral de scherpe en de kruipende boterbloemen veroorzaken gif. Zij bevatten de stof Anemonol. In hooi (dus in gedroogde vorm) is de boterbloem niet schadelijk. De glanzende gele boterbloem smaakt niet lekker, en een paard zal er dan ook niet snel van eten.

De bladeren en de groene eikels veroorzaken koliek, diarree, sterke vermagering, uitputting, stijve gang, en sufheid.

Jacobuskruiskruit
Deze plant is makkelijk te herkennen aan zijn heldergele bloemen. Als een paard deze plant eet, wordt zijn lever beschadigd. Hier bestaat geen bepaalde behandeling voor. De gevolgen zijn meestal dodelijk. Er is een groep mensenen die willen mensen op de hoogte brengen van het gevaar van Jakobskruiskruid en andere Kruiskruiden voor de gezondheid van dieren http://www.kruiskruidinfo.nl/ 

Klaprozen komen veel voor in wegbermen en in bouwland. Deze plant is vooral giftig tijdens de bloei en het begin van de zaadvorming.

Lupine staat vaak in tuinen. De “bittere” Lupine bevat een aantal gifstoffen. Deze schadelijke stoffen komen voor in alle bovengrondse delen, vooral in de zaden, de zaadhulzen en de bladeren. De giftige stoffen veroorzaken een bittere smaak, vandaar de naam van de plant. Voor het vee zijn de planten pas smakelijk als ze zaden hebben gevormd. Dat is het stadium waarin opname ervan tot de dood kan leiden. Bittere Lupine blijft na droging ook giftig.

De bloembollen van de Narcis en de bladeren veroorzaken koliek, benauwdheid, zweten, verlammingsverschijnselen, en sufheid.

De Akkerpaardestaart en de Moeraspaardestaart komen regelmatig voor; de laatste is het gevaarlijkst. Deze planten hebben op de stengels een laag kiezelalgen en die zijn giftig. Ook de planten zelf bevatten een gifstof. Paardestaart is in hooi nog schadelijk, al is de giftigheid minder dan bij de verse plant.

De Rhododendron is een veel in tuinen voorkomende heester. Alle soorten bevatten een gifstof in de bladeren.

De gevlekte Scheerling komt voor langs wegen en op braakliggend land. De plant bevat een giftig alkaloïde. Vroeger was deze plant een geliefd zelfmoordmiddel. De waterscheerling is een moerasplant die in vervuilde (dichtgeslibde) sloten voorkomt. De wortelstok bevat een zeer giftige stof maar ook de plant zelf is schadelijk.

Taxus wordt veel gebruikt als heg of sierheester. De naalden van deze struik zijn zeer giftig. De rode bessen zijn niet gevaarlijk, maar de violetkleurige zaden in de bessen zijn weer wel erg gevaarlijk. Paarden zijn erg gevoelig voor het gif in de taxus, opname van 100-200 gram naalden is al dodelijk.

Het eten van een varen veroorzaakt bij een paard gewichtsverlies en coördinatiestoornissen.

Misschien vind je het leuk om iets in het gastenboek te schrijven?Klik dan hier